Het hebbeding

Fight fire with fire schoot het door mijn hoofd toen ik de corrosie zag verdwijnen door er met een dot staalwol over te wrijven. Na een tijdje was de oorspronkelijke glans welhaast helemaal terug.

Ach, heerlijke nostalgie. Op het einde van de sixties werd dit kleinood mijn absolute hebbeding. De oorspronkelijke kleur, pyjamablauw, genoot in die dagen niet bepaald mijn voorkeur wegens exact dezelfde als de deurtjes van de keukenkasten. Dat moest stoerder kunnen en dus vroeg ik mijn vader om het ding grijs te schilderen. Die wens van zijn bijna driejarige zoon werd prompt ingewilligd.
Toen mijn broer twee jaar later meermaals aan mijn mouw trok, “Nu ikke” sissend, wist ik: vanaf heden zou ik mijn bezit moeten delen. Zulks zinde me allerminst zodat er al snel slaande ruzie van kwam. Mijn vader greep uiteindelijk in en besliste dat ik te groot was geworden om hierover zo kleinzerig te doen. “Mij best”, repliceerde ik stoer, maar die avond lag ik lang te huilen in bed.
Na broer kwam zus. En ook zij nam, gedurende enkele jaren, gretig bezit van ons hebbeding. Ik lachte mijn broer uit toen ik hem zag pruilen. “Mietje!” verweet ik hem, nog voor dat woord in zwang raakte. Die nacht huilde hij in bed.

Ons hebbeding bleek onverwoestbaar. Er werd mee gesmeten, gerost, gecrasht en niet zelden lag het dagenlang buiten in de regen. Twintig jaar nadat mijn zus het niet langer opportuun vond om er nog op gezien te worden, doneerde mijn vader het aan de eerste spruit van mijn schoonzus en -broer. Later kwam het in handen van hun tweede dochtertje. Ondertussen werd het bestempeld als vintage en oogstte het tal van bewonderende blikken.
Zes jaar geleden kwam het hebbeding weer bij zijn allereerste eigenaar terecht. Ik stalde het op zolder, want er definitief afscheid van nemen kon ik niet. En wie weet kwam er wel een dag dat ik er nog iemand zou kunnen mee plezieren.
Die dag kwam. Vrienden bevielen van een zoon. En u raadt het al: ook hij matte ons hebbeding jaren aan een stuk joelend af. Waarna het hier terug op zolder belandde.
Vorige week heb ik het kleinood nogmaals opgevist. Een ander bevriend koppel heeft halfweg dit jaar de wereld verrijkt met een dochter. Ik heb haar mijn hebbeding beloofd als ze er rijp voor is. Eén hindernis, echter: het juweel van weleer was na bijna vijfenveertig  jaar zijn schittering volledig kwijtgeraakt. En zodoende werden de handen duchtig uit de mouwen gestoken.
Hoe een en ander in zijn werk ging, ziet u hieronder middels een korte foto-impressie. Pimp my ride, zeg maar.

Voor restauratie:

Kermit kwam erbij in de tijd dat mijn zus aan het driewielen sloeg. Die amfibie was toen hooglijk populair:

Het restaureren neemt een aanvang:

Blinken! Op het zadel bemerkt u, na enig vlakschuurwerk, ook het originele blauw:

Bloedrode hoogglanslak, saliegroene metaalverf en primer:

Na de primerlaag:

De uiteindelijke kleurencombinatie:

De toekomstige eigenares – die met de pamper! – kijkt begerig naar haar Harley Trapson in spe:

Trappertjes en naafuiteinden van dezelfde rode kleur voorzien en meteen ook maar een toeter gemonteerd.
To come: kleurige linten aan de handvatjes en een heuse gepersonaliseerde (mini)nummerplaat!

[ Foto’s: Menck/Twaait | aanklikbaar voor groter ]

Eén reactie

  1. Thomas Pannenkoek

    We hadden er twee voor de vier broers B. samen. Die dingen hebben enorm afgezien, maar daar viel, behalve een krasje in de verf, niets van te merken.
    Mooie renovatie – ik zou toch eens informeren via premiezoeker.be of je geen sponsoring van hogeraf kunt losweken.

    Like

    • Menck

      Helaas, alleen woningen of appartementen komen in aanmerking voor een premie. Zelfs mijn tegenwerping dat deze driewieler staat als een huis, viel in dovemansoren.

      Like

  2. Woelmuizenier

    Eens te groot voor het normaal gebruik van zo’n 3-wielertje gaf het een prachtig gevoel met je buik over de rugleuning, hoofd onder de stuurstang, de pedalen met de handen te bedienen.
    Hopelijk krijg je van dat toetertje geen spijt. 😉

    Like

  3. Eilish

    Hier heb ik nog een anecdote bij. Wij hadden er vroeger ook zo ééntje, maar ons moeder had ook zo een manuele broodsnijmachine met hendel om aan te draaien. In ons speelhuis (een grote zolder) stond die driewieler uiteindelijk op zijn kop en was hij onze broodsnijmachine. Kinderen van nu zouden dat nooit meer uitvinden. Nee toch ?

    Like

Geef een reactie op Thomas Pannenkoek Reactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.