Aviarium magnus

Vlak voor de zomer in de herfst zou overvloeien, kreeg ik van Chelone – sinds mensenheugenis een goede vriendin des huizes en de laatste tijd een wel zeer afwezige medeblogster – de vraag “of ik het eventueel zou zien zitten om in haar tuin een volière te construeren”.
Geen logisch rekwest, want een dergelijke klus behoort allerminst tot het professionele takenpakket van een hovenier. Maar als immer enthousiaste doe-het-zelver vond ik het een bekoorlijke uitdaging.

Wie volière zegt, denkt aan vogels in gevangenschap. Zulks is niet zelden een heikel discussiepunt op, pakweg, natuurfora. Daar is het vaak een mes dat aan twee kanten snijdt. Want als je siervogels een betere plek kunt bieden dan de veelal zeer benepen verblijven bij de handelaar of kweker, dan valt daar ook iets voor te zeggen. Klinkt als een dooddoener en dat is het misschien ook. Maar een goudvis in een bokaal of een vijvertje is allerminst beter af, net zoals een stal evenmin de natuurlijke habitat van een koe of een varken is. In het dierenrijk staan vogels echter te boek als “wezens met een kolossaal aanpassingsvermogen dat dat van andere dieren ver overstijgt”. En hiermee heb ik me genoeg in bochten gewrongen.

Ik ging te rade bij een vriend-aviariumhouder. Alras bleek dat een volière uit wat meer dient te bestaan dan louter palen en afrasteringsdraad. Zo moet een duidelijk afgebakende winterbeschutting worden ingecalculeerd. Dat is een droge ruimte annex schuilplaats tegen gure vrieswind.
Blijkt ook dat vogels het liefst zo hoog mogelijk slapen en beschermd moeten zijn tegen indringers van buitenaf: ratten, bunzings en dies meer. Anders gezegd: er moet ook fijnmazige doch afdoende stevige afrasteringsdraad op de bodem worden voorzien.
Het meest cruciale item bleek de toegangsdeur tot de volière: die mag slechts zo breed zijn dat je enkel schrijlings naar binnen kunt. Zulks voorkomt ontsnappingen van de fladderaars tijdens het betreden van de volière.
Met deze nuttige adviezen ging ik aan de slag.

In eerste instantie dreef ik vierkante kerngeïmpregneerde palen de grond in, alwaar ze stevig in beton werden verankerd:

De palen worden met elkaar verbonden door dwarsbalken en met geïmpregneerde latten uit vurenhout wordt de schuil- en slaapruimte dichtgetimmerd:

Er wordt een afdoende smalle deur geconstrueerd. In de twee vierkante uitsparingen komen deurtjes die toegang geven tot de voederplank van de vliegende bewoners (boven) en de grondscharrelaars (kwartels – onder):

Achter de dwars gemonteerde eikenhouten plank gaan de slaapstokken schuil. Op die manier ontstaat er genoeg tochtbescherming:

Op het glas in de deur wordt een raster bevestigd; dat voorkomt dat vogels tegen het raam vliegen. Op deze foto zijn ook de voederdeurtjes reeds gemonteerd:

Ook op de bodem wordt afrasteringsdraad voorzien. Vervolgens wordt daar een dikke laag aarde op gestort:

De afgewerkte volière is met zijn zes meter lengte en twee meter breedte ruim bemeten. Tijd om de eerste bewoners – een bonte mengeling grasparkieten – te ontvangen:

[ Foto’s: Menck | aanklikbaar voor groter formaat ]

Eén reactie

  1. Zem

    Niet alleen goed aangepast bij de behoeften van die vogels, maar ook een prachtig hok, dat heel mooi ingebed ligt in Chelone’s tuin. Kwarteltjes: oude liefde van me, maar nog nooit iets mee gedaan. Hopelijk gaat Chelone nog blogjes wijden aan dit gebeuren.

    Like

    • Menck

      De volière werd gebouwd op een plekje onder bomen. Daar wilde sowieso al niet veel groeien, dus de keuze was snel gemaakt.
      Kwartels zijn geinige beestjes. Ik vergelijk ze altijd met kippen, maar dan in het klein. Hun eieren zijn echter stukken smaakvoller!

      Like

  2. ludorutten

    Ge zijt een krak Menck 🙂
    ’t Ziet er heel degelijk uit. Duidelijk een tuinaanlegger die geen schrik heeft om nieuwe uitdagingen aan te gaan. Tof ook dat je de tijd neemt om je artikels steeds van mooie foto’s te voorzien. Zo heb ik het het liefst.

    Like

    • Menck

      Blogs waar foto’s de logjes ondersteunen, genieten ook mijn voorkeur.
      Enne… waar een tuinier uiteindelijk op wordt beoordeeld, is niet waar hij staat op momenten van comfort en gemak, maar waar hij staat in tijden van uitdaging. 😉

      Like

    • Menck

      Deze vogels – grasparkieten – zijn winterbestendig mits ze beschikken over een schuilhok dat voldoet aan de voorwaarden zoals beschreven in dit log.

      Like

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.